Het thema van de autismeweek is dit jaar: De kunst van het evenwicht. Een breed thema waar veel over te zeggen is. Ik vertel in deze blog meer over ‘energiegevers’ en ‘energienemers’. Want ook die moeten in evenwicht zijn om prettig te kunnen leven.
Energienemers
Wat zijn dat nu eigenlijk? Het zijn omstandigheden/situaties die je het gevoel geven dat ze energie slurpen. Je voelt je daarna helemaal leeg. Het kan om concrete zaken gaan: bijvoorbeeld door een hoge werkdruk, drukte in het ov, of pijn. Maar het kan ook naar aanleiding van gevoelens zijn: je ziet bijvoorbeeld ergens tegenop of je bent ergens bang voor.
Het zijn momenten:
- die energie vragen en daar ben je je bewust van;
- waarvan je niet geniet;
- waarop de tijd langzaam gaat;
- waar je niet naar uitkijkt;
- waarop je jezelf heel erg moet concentreren om erbij te kunnen blijven;
- waar je moe van wordt;
- waar je vaak aan moet denken of waar je bijvoorbeeld ‘s nachts wakker van ligt.
Energiegevers
Gelukkig zijn er ook situaties waarvan je oplaadt. Voor de één is dat een wandeling in de natuur, voor de ander luisteren naar mooie muziek of het aaien van je huisdier. Zelf geeft een gesprek met iemand die me begrijpt, me veel energie.
Het zijn momenten:
- waarop je geniet van waar je mee bezig bent;
- waar je naar uitkijkt;
- waarin de tijd snel gaat;
- waarbij je na afloop misschien fysiek moe bent, maar mentaal meer energie hebt dan vooraf;
Energiegevers en energienemers zijn voor iedereen verschillend. Wat voor mij een energievreter is, is voor jou misschien juist wel een energiegever. Een client van mij laadt helemaal op als hij naar een metal-concert gaat, mij kost het alleen maar energie omdat ik niet van die muziek houd. Daarentegen word ik blij van een dagje sauna, waar hij dan weer niet aan moet denken.
Bovendien zijn er veel activiteiten/situaties die je energie geven en tegelijk ook energie kosten. Als ik naar een concert ga, dan geeft me dat veel energie. Ik zing lekker mee en als het even kan dans ik ook. Maar aan het einde van de avond ben ik moe en is mijn batterij een stuk leger.
Nu heb ik zelf geen autisme en een nacht goed slapen helpt mij voldoende om weer energie te hebben. Maar als je autisme hebt, is dat anders. Je hebt veel meer tijd nodig om weer op te laden en je kunt in die tijd niet of nauwelijks iets doen.
Hoe achterhaal je wat je energie geeft en wat je energie kost?
Het is handig als je voor jezelf scherp hebt waar je energie van krijgt en wat jou energie kost. Dit kun je bijvoorbeeld doen door dit een week bij te houden. Steeds als je je bewust bent dat iets energiegevend of energienemend is, schrijf je dat op. Als je iedere dag minstens één energiegevend en één energienemend moment opschrijft, heb je aan het einde van de week al een mooi lijstje.
Om het je makkelijker te maken, heb ik een formulier voor je waarop je dit bij kunt houden.
Groen en rood
Als je met kleuren werkt, krijg je nog meer overzicht. Gebruik bijvoorbeeld groen voor de energiegevers en rood voor de energievreters.
Wat valt je op?
Kijk aan het einde van de week terug op je formulier. Hoe is de verhouding tussen de energiegevers en energienemers? Wat valt je op? Zie je veel rood en weinig groen? Wat zou je anders willen? Wie of wat heb je daarvoor nodig?
Wat is de eerste stap die je daarvoor wilt zetten?